Prinsjesdag fiscale plannen 2026 voor de vastgoedsector

Op Prinsjesdag heeft het kabinet de fiscale maatregelen voor 2026 en verder aangeboden aan de Tweede Kamer. De Juridische Dienst heeft een overzicht gemaakt van de belangrijkste fiscale maatregelen voor de vastgoedmarkt. Veel van de maatregelen moeten overigens nog worden aangenomen door de Eerste en Tweede kamer.

18 September 2025

Tarief overdrachtsbelasting voor niet eigen woningen wordt verlaagd naar 8% vanaf 1 januari 2026

De overdrachtsbelasting voor beleggers, verhuurders en projectontwikkelaars gaat omlaag naar 8%. Het nieuwe tarief van 8% geldt voor alle verkrijgingen van woningen (ook voor particulieren die een woning verkrijgen waar ze niet zelf langdurig als hoofdverblijf in gaan wonen), met uitzondering van gevallen waarin het bestaande verlaagd tarief van 2% (woning als hoofdverblijf) of een vrijstelling, zoals de startersvrijstelling, van toepassing is. Let op! Voor niet-woningen blijft het overdrachtsbelastingtarief op 10,4%. Deze wijziging gaat in per 1 januari 2026.

Startersvrijstelling – woningwaardegrens 2026 : € 555.000

De woningwaardegrens voor toepassing van de startersvrijstelling (18–35 jaar, hoofdverblijf) wordt per 1 januari 2026 verhoogd naar € 555.000. Voor verkrijgingen boven deze grens geldt de vrijstelling niet. Wil men gebruik maken van de verhoging, dan moet het transport na 31 december 2025 plaatsvinden. Het moment van het ondertekenen van de koopovereenkomst is daarbij niet van belang.

Huurbevriezing 2025-2026 gaat niet door

Zoals gemeld aan de Tweede Kamer gaat het wetsvoorstel Huurbevriezing niet door.

Leegstandswet

In het wetsvoorstel Versterking regie volkshuisvesting is opgenomen dat gemeenten in hun volkshuisvestingsprogramma opnemen welke beleidsmaatregelen zij nemen om de woningvoorraad beter te benutten. De overheid wil leegstand in Nederland tot een minimum beperken, om die reden wordt de Leegstandswet gewijzigd. De inwerkingtreding hiervan is voorzien op 1 januari 2027.

Hospitaverhuur en woningdelen

Het kabinet wil hospitaverhuur en woningdelen eenvoudiger maken. Met het Wetsvoorstel Hospitaverhuur worden drempels weggenomen, onder meer door een tijdelijke huurovereenkomst mogelijk te maken en een opzeggingsgrond te introduceren bij (executie) verkoop of overlijden. Daarnaast verkent het kabinet de gevolgen van aanpassing of afschaffing van de kostendelersnormen in de Participatiewet, Anw en Toeslagenwet voor woningdelen en voor de uitvoering van de huurtoeslag; de resultaten worden begin 2026 verwacht. Verder onderzoekt het Rijk hoe landelijke regelgeving kan worden aangepast om woningsplitsing en woningdelen te stimuleren, met oog voor de beleidsvrijheid van gemeenten, leefbaarheid en de behoefte aan een helder landelijk kader. Voor de praktijk van makelaars kan dit leiden tot meer vraag naar kamers en gesplitste woningen en vraagt het om aandacht voor nieuwe contractsvormen en opzeggronden.

Woningwaarderingsstelsel (WWS) – beoogde aanpassingen in 2026

Met de Wet betaalbare huur is aan middenhuurders huurprijsbescherming geboden en zijn de maximale huurprijzen dwingend geworden. Daarbij is het wel noodzaak dat woningverhuur rendabel blijft en dat er voldoende aanbod aan middenhuurwoningen is. Om verhuurders meer flexibiliteit te bieden bij de verhuur van hun woning, wordt er gewerkt aan een aanpas in het woningwaarderingsstelsel voor zelfstandige woonruimten. Daarmee krijgen verhuurders in specifieke gevallen meer ruimte om rendabel te blijven verhuren. Deze wijzigingen zullen naar verwachting in 2026 ingaan.

Huurtoeslag

Per 2026 worden de maximum huurgrenzen (jongeren en niet-jongeren) als voorwaarde voor het recht op huurtoeslag afgeschaft. Huurders met een laag inkomen en hoge huur worden geholpen door deze maatregel. Het bedrag aan huurtoeslag wordt wel berekend op basis van het bedrag van de maximum huurgrens. Huishoudens krijgen dus geen huurtoeslag over het huurdeel boven de maximum huurgrens. Tevens wordt de hoogte van de huurtoeslag gebaseerd op de kale huur (subsidiëring van servicekosten wordt afgeschaft). Een vereenvoudiging voor zowel de huurder als Dienst Toeslagen. De leeftijdsgrens voor het verkrijgen van volledig recht op huurtoeslag wordt verlaagd van 23 naar 21 jaar, waarmee een harmonisatie met de leeftijdsgrens van het wettelijk minimumloon wordt bewerkstelligd.

Huurregister

Het kabinet onderzoekt samen met gemeenten en andere stakeholders of en in welke vorm een huurregister meerwaarde heeft voor de huursector, de uitvoering van bestaande wetgeving en het monitoren en verbeteren van beleid. Hier is structureel € 4,0 mln. voor beschikbaar gemaakt.

Servicekosten en Huurcommissie

In 2026 worden de servicekosten versimpeld door de introductie van een limitatieve lijst met zaken en diensten waarvoor servicekosten in rekening gebracht mogen worden. Dat geeft duidelijkheid over de berekening van servicekosten. Daarnaast zullen de Wet modernisering servicekosten en de Wet toekomstbestendige Huurcommissie naar verwachting in 2026 in werking treden. Met deze wetten wordt beoogd het uitvoeringskader van de Huurcommissie te verbeteren en de geschilbeslechting te vereenvoudigen. Hierdoor kan de Huurcommissie huurders en verhuurders nog beter helpen bij het oplossen van hun huurgeschil.

Dataverzameling kortetermijnverhuur

Op 20 mei 2026 treedt de Europese verordening Dataverzameling en -deling kortetermijnverhuur van accommodatie in werking. Deze verordening zorgt voor een uniforme manier van registratie van toeristische verhuur van woningen in de EU en het verzamelen en delen van data door online platforms met overheden voor regulering en handhaving door overheden. Hierdoor wordt het inzichtelijk waar toeristische verhuur plaatsvindt en kunnen gemeenten makkelijker handhaven.

Verduurzaming & warmtetransitie

In 2026 wordt er stevig ingezet op de verduurzaming van woningen, gebouwen en wijken. Dit draagt volgens het Kabinet bij aan een lagere energierekening, meer comfort, een beter binnenklimaat en minder uitstoot van broeikasgassen. Zij blijven inzetten op een inclusieve aanpak, zodat ook mensen met een laag inkomen kunnen profiteren van de energietransitie. De gebiedsgerichte aanpak van de warmtetransitie krijgt in 2026 verder vorm met de beoogde inwerkingtreding van de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw) per 1 juli 2026. Tegelijkertijd wordt er onderzocht of de overstap naar collectieve warmtevoorzieningen aantrekkelijker kan worden gemaakt door subsidieregelingen voor aansluit- en inpandige kosten te stroomlijnen. Het kabinet streeft er naar om dit in 2026 in werking te laten treden. Ook wordt er gekeken naar individuele woningeigenaren. Het Nationaal Warmtefonds blijft in 2026 financieringsmogelijkheden bieden voor woningeigenaren en Verenigingen van Eigenaren (VvE’s), waaronder 0% rente voor huishoudens met een verzamelinkomen tot € 60.000.

VVE

Daarnaast wordt het Kennis- en Expertisecentrum Verduurzaming VvE’s uitgebreid met een helpdesk voor VvE-besturen. De besluitvorming bij VvE’s wordt vereenvoudigd via een wijziging in het Burgerlijk Wetboek, en de opleiding voor VvE-procesbegeleiders wordt voortgezet.

Energielabel

De verduurzaming van huurwoningen wordt gestimuleerd via de Subsidieregeling Verduurzaming en Onderhoud Huurwoningen (SVOH), die in 2025 is verlengd tot 2029 en beter aansluit bij de doelgroep. In het Besluit bouwwerken leefomgeving worden normen opgenomen die voorschrijven dat alle huurwoningen vanaf 2029 minimaal energielabel D moeten hebben. Het Ondersteuningspakket Verduurzaming Particuliere Verhuurders helpt verhuurders deze normen te behalen.

Let op! Veel van bovengenoemde maatregelen moeten nog worden aangenomen door de Eerste en Tweede kamer.

Deel dit bericht