Risico bestemming van een gekocht pand.
Ligt deze verantwoordelijkheid bij koper of bij verkoper?

Wat is de casus:
Bij de verkoop van een appartement blijkt dat het appartement een bedrijfsbestemming heeft en geen woonbestemming.
Koper is van mening dat hij een appartement heeft gekocht met woonbestemming en neemt het pand derhalve bij de notaris niet af.
Verkoper is het daar niet mee eens.
Wat is terecht?

In eerste instantie geeft de rechtbank koper gelijk.
In hoger beroep van het hof Den Haag wordt verkoper echter in het gelijk gesteld en wordt de koper verplicht het appartement af te nemen.

Dat is interessant.

Het Hof is van oordeel dat de omschrijving in de Funda advertentie, de verkoopbrochure en de koopovereenkomst niet kan worden gezien als een toezegging van de verkoper dat het gebruik als woning in overeenstemming was met het bestemmingsplan.
De bestemming woning is immers een algemene publiekrechtelijke bestemming, hetgeen op grond van artikel 6.1 van de koopovereenkomst voor rekening en risico van koper komt.
Dit is ook na te lezen in de toelichting op de koopovereenkomst. Koper had dus zelf onderzoek moeten instellen naar de bestemming en dat heeft hij nagelaten.

De rechter is eveneens van oordeel dat artikel 6.3 van de NVM koopovereenkomst op de feitelijke eigenschappen (bouwkundige aspecten) van het appartement toeziet en niet op de algemene publiekrechtelijke bestemming.
Bouwkundig gezien staat het voldoende vast dat het appartement beschikt over de feitelijke eigenschappen die naar gangbaar spraakgebruik nodig is voor een normaal gebruik als woonruimte.

De link naar de uitspraak: https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHDHA:2022:686

Bron: NVM Nieuwsbrief

Deel dit bericht